Dodenherdenkinkje

Er is geen verkleinwoord voor dodenherdenking. En terecht.

Onlangs viel me op dat er op 4 mei jaarlijks een aparte kinderherdenking is in Madurodam. “Een herdenking voor en door kinderen … bij het vrolijkste oorlogs-monument ter wereld: Madurodam,” aldus de website van de Kinderherdenking. Waarom Madurodam? Het is een reusachtige maquette, Nederland nagebouwd op miniformaat, speelgoed Nederland. Waarom de kinderen apart? Hoe serieus nemen we kinderen? Kinderen mogen ook herdenken, maar moeten wel apart. Waarbij het kleinerende karakter van het gedogen wordt versterkt door de entourage.

Het werd extra interessant bij vergelijken van de kinderherdenking met de de grote-mensen-herdenking (terug te zien op de website van de Nationale Kinderherdenking en en op YouTube).

De burgemeester van Madurodam die de plechtigheid opent met een toespraak, is 17 jaar oud. Dat is politiek bestuurlijk gemeten bijna volwassen. Dit versterkt het probleem van het apart zetten van kinderen bij dodenherdenking. Al was het alleen maar omdat veel soldaten die herdacht worden amper ouder waren toen ze sneuvelden. Verder valt op dat praktisch alle kinderen die een rol hebben in de kinderherdenking, kinderen zijn met een niet-westerse achtergrond. De nadruk op pluraliteit en inclusie gaat gepaard met een uitdrukkelijk naar voren halen en centraal stellen van het leed van vluchtelingen: het uitgebreide rechttoe rechtaan verhaal van de tienjarige Ileen, Syrisch vluchteling. Het migrantenperspectief lijkt sowieso de invalshoek: naast Ileen ook, eerder, de toespraak van de gesluierde Busra. Bij de volwassen dodenherdenking is van dit alles niets terug te zien. De volwassen versie is braaf-blank-vaag –hoe goed de koning ook zijn best doet– en de kinderversie is politiek-divers-concreet.

Waarom dat opmerkelijke verschil in accent? Omdat kinderen inclusiviteit en man-en-paard-noemen vanzelfsprekend vinden? Dit zou betekenen dat de kinderen het voor het zeggen hebben bij de kinderherdenking. Ik ben bang dat het niet zo is. Ik vermoed dat ook de kinderherdenking door volwassenen geregisseerd wordt. Waarom dan het verschil in accent? Omdat de kinderversie geen kwaad kan misschien? Ik ben bang dat dit het is.

Een en ander geeft te denken. Ik stel voor dat we de kinderherdenking overbodig maken. Door voortaan kinderen mee te laten praten en beslissen over de herdenking op de Dam. En eraan mee te laten doen. Dan slaan we twee vliegen in één klap. We heffen de leeftijddiscriminatie op. En de herdenking op de Dam krijgt meer kleur, reliëf en reuring.

Het vraagt wel iets van het onderwijs. Worden kinderen medeverantwoordelijk voor de dodenherdenking, dan verdienen ze onderwijs waarin ze leren meedenken over herdenken. Echt onderwijs over herdenken: niet moraliseren, op het sentiment werken of spelen en beleven, maar leren meedenken.

Waarover leren meedenken? Het verschil tussen de dodenherdenking bij Madurodam en die op de Dam biedt een goed voorbeeld: kinderen zouden moeten leren meedenken over de vraag welke doden we eigenlijk herdenken.

Aanvankelijk waren het de Nederlandse militairen en verzetstrijders, gevallen in de Tweede Wereldoorlog. Vanaf 1961 waren het ook de militairen gesneuveld in andere conflicten, althans, de Nederlandse militairen. Dat stuitte vanaf begin jaren zeventig op twee soorten kritiek. Ten eerste: sommige conflicten waarin Nederlandse militairen de dood hebben gevonden, zijn nogal omstreden, met name de politionele acties in Indonesië in de jaren meteen volgend op de Tweede Wereldoorlog. Is het niet raar om wel de bijna 5-duizend gesneuvelde Nederlandse militairen te gedenken, maar niet de minstens 100-duizend Indonesische slachtoffers die wij in die politionele acties gedood hebben (zie dit voorbeeld)? Ten tweede: Waarom niet ook andere slachtoffers? Waarom niet álle slachtoffers van álle oorlogen? Bijvoorbeeld die van de oorlog in Viëtnam. En de joodse slachtoffers, gesneuveld gedurende de Tweede Wereldoorlog. En misschien ook de Duitse gevallenen. Vanwege de kritiek is het beleid verscheidene keren licht gewijzigd, maar formeel blijft het volgens velen te beperkt. Geen wonder dat er telkens opnieuw discussie is. In 2018 werd er bijvoorbeeld gedemonstreerd voor uitbreiding naar alle slachtoffers in de Tweede Wereldoorlog, ook die van geallieerd geweld (“Churchill massa-moordenaar”). En er werd gedemonstreerd voor uitbreiding naar ook de Indonesische slachtoffers van de politionele acties (“Geen 4 mei voor mij”).

Kinderen serieus nemen rond dodenherdenking betekent kinderen hierover leren meedenken –onder andere hierover. Dat helpt kinderen inzicht krijgen in enkele ingewikkelde aspecten van herdenken. Bijvoorbeeld dat herdenken vaak functioneert als ritueel van in- en uitsluiting. En dat herdenken hierdoor niet alleen emotie-geladen is, maar ook gemakkelijk sterke emoties losmaakt. Neem de verstoring van de dodenherdenking in Vught in 2019 door terreurverdachten in de nabijgelegen gevangenis. Zij riepen “Allahu Akbar” tijdens de twee minuten stilte. De nieuwsberichten daarover bevatten scherp afkeurende commentaren, met twijfelachtige diskwalificaties van de “daders” en hun achtergrond. Het zou interessant zijn te horen wat Ileen en Busra vinden van zowel de verstoring als de reacties erop …

Piet van der Ploeg

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *